Het onderzoek
Het onderzoek begint altijd met een gesprek om zo goed mogelijk na te gaan wat de oorzaak van de klachten is en welke problemen de klachten met zich meebrengen. Daarna volgt een voetonderzoek. Vervolgens worden er afdrukken van uw voeten gemaakt. Hierop is te zien welk voettype u heeft. Bijvoorbeeld hol- of platvoeten. Via een voetspiegel wordt het drukvlak van uw voeten vastgesteld. Er worden eventuele beenlengteverschillen opgemeten.
De Behandeling
Na het onderzoek wordt besloten wat voor u de beste therapievorm is. Na aflevering van de zolen volgt eventueel een afspraak voor een controlebezoek, omdat het kan zijn dat de zooltjes tussentijds aangepast moeten worden. Zodra u de zooltjes gaat dragen, en na iedere aanpassing, verandert ook de spierspanning. Dit kan leiden tot spierpijn die normaliter niet langer dan enkele dagen duurt. Om een zo goed mogelijk resultaat te bereiken is het noodzakelijk dat u de zolen zoveel mogelijk draagt.